Als motoren worden motorreductoren gebruikt die via kettingkoppelingen rolaandrijvingen draaien die langs de goten gelegd zijn. Op elke tweede tralie wordt rolaandrijving aan heugelaandrijvingen gekoppeld die op het hoogste tralieprofiel gemonteerd zijn. Deze heugelaandrijvingen veranderen de draaiing van de rolaandrijving in rechtlijnige. Aan beide kanten van heugelaandrijvingen worden duwende opdrukkers vastgemaakt, die op rolsteunen gemonteerd zijn. Met behulp van de opdrukkers wordt het raam open- en dichtgedaan. Dit principe van het open- en dichtdoen is makkelijk voor te stellen als men even naar de werking van een gewone paraplu kijkt.
Luchtramen worden door het kasbesturingssysteem geheel automatisch gecontroleerd.
Om het binnenklimaat goed te kunnen regelen zijn de gegevens over het luchtraam type en zijn oppervlakte in het programma geautomatiseerde besturingssysteem ingevoerd.
Op basis van de informatie gekregen van het meteostation bepaalt de computer welke zijde van de kas een lijzijde is, en geeft lij- en loefluchtramen aan voor alle kasafdelingen. Om het binnenklimaat te handhaven berekent de computer een nodige luchtwisseling voor elk deel van elke afdeling apart. Met het oog op de oppervlakte van het hele luchtraam, windsnelheid, buitentemperatuur en neerslag berekent de computer de hoek voor de opening van lij- en loefluchtramen. Hij geeft de opdracht aan motorreductoren, die de luchtramen in de nodige positie verplaatsen. De positie van de luchtramen wordt door speciale sensoren-potentiometers gecontroleerd die binnen de motorreductoren geïnstalleerd zijn.
Alle onderdelen van het systeem zijn van aluminium, roestvast staal en verzinkt staal vervaardigd. De door ons gebruikte onderdelen stellen ons in staat te garanderen dat het ventilatiesysteem in de loop van vele jaren ononderbroken en precies blijft functioneren.
|